* algemene info/huisvesting/voeding/winterslaap/paringstijd/voortplanting

 

Tenreks (Tenrecidae) zijn een familie van zoogdieren uit Madagaskar. Er zijn 31 soorten waarvan er ook enkele als huisdier worden gehouden. Een van de meest populaire is de kleine egeltenrek (Echinops telfairi). Ondanks de gelijkenissen zijn de tenreks geen familie van egels: zij behoren tot de superorde Afrotheria, die onder andere ook de zeekoeien, olifanten en klipdassen omvat.
Tenreks zijn een mooi voorbeeld van convergente evolutie waarbij onverwante soorten vergelijkbare kenmerken ontwikkelen; zoals een vleermuis en een vogel allebei vleugels hebben maar niet tot dezelfde familie behoren. Zo zijn er naast twee soorten tenreks die wat op egels lijken (de grote en kleine egeltenrek) ook soorten die lijken op spitsmuizen, opossums en zelfs otters!

 

De rug en kop van de kleine egeltenrek zijn bedekt met stekels die in kleur variëren van donkerbruin/grijs tot goudblond. Op de rug zijn de stekels donkerder en naar de flanken toe kleuren ze lichter.
De kleine egeltenrek heeft het formaat van een grote hamster (12-17 cm) en weegt tussen de 110 en 200 gram - het gewicht hangt af van het jaargetijde en het geslacht, maar rond de 150g is een gezond zomergewicht voor de meeste tenreks. Boven de 200g neigen ze vaak naar overgewicht.
Egeltenreks hebben kleine ogen waar ze weinig mee zien, maar hun gehoor en reuk daarentegen zijn uitstekend. Ze zijn dan ook voornamelijk nachtactief, maar laten zich vaak ook korte periodes overdag zien of liggen graag te ‘zonnebaden’ onder een spot.
Tenreks hebben een cloaca. Geslachtsbepaling gaat via uiterlijke kenmerken (of een DNA test), later meer hierover. De mannelijke tenreks hebben een typerende lijflucht die doet denken aan de geur van Doritos of Fritos chips. Vrouwen hebben deze geur niet tot nauwelijks.
De kleine egeltenrek komt alleen voor in het zuidelijke deel van Madagaskar waar ze leven in het drogere (sub)tropische bos, savanne en scrubland. Het zijn verrassend goede klimmers die ook deels in struiken leven. Het zijn met name insectivoren maar ze eten mogelijk af en toe ook andere dingen, zoals kleine gewervelden.
De kleine egeltenrek leeft voornamelijk solitair maar kan ook in paartjes of kleine groepen (enkel vrouwen of één man met meerdere vrouwen) gehuisvest worden. Mannen onderling gaan vechten en dienen apart gehuisvest te worden.
De levensverwachting van de kleine egeltenrek ligt tussen de 7 - 10 jaar, maar er zijn ook gevallen van oudere tenreks bekend.

Over het algemeen zijn kleine egeltenreks vriendelijke en sociale dieren die zeer makkelijk tam te maken zijn. Ze zijn nieuwsgierig en de meeste gebruiken hun (overigens niet zo scherpe stekels) zelden. Ze kunnen zich oprollen net zoals een egel en maken daarbij soms ook sissende geluiden, maar veel tenreks doen dit zelden.


Sinds egeltenreks aardige klimmers zijn is een hok dat wat hoogte heeft ideaal, zodat ze ook de mogelijkheid tot klimmen hebben. Hier wordt vooral tijdens de jacht op insecten vaak gretig gebruik van gemaakt. Voor een paartje wordt vaak als minimale maat 100 x 50 cm aangehouden (hoogte varieert). Ook als de kooi veel hoogte heeft dient er voldoende grondoppervlak te zijn, aangezien de tenreks zich uiteindelijk voornamelijk op de grond zullen bevinden.
Wees er met traliekooien op bedacht dat tenreks goede ontsnappers zijn. Een terrarium is vaak een betere keuze, maar dient wel voldoende ventilatie te hebben. Vanwege het droge gebied waar ze oorspronkelijk vandaan komen kunnen tenreks niet goed tegen een (erg) vochtige omgeving.
Op de bodem kunnen houtsnippers of andere vergelijkbare bodembedekkers gebruikt worden, of die op papierbasis zoals Back 2 Nature en Finacard. Egeltenreks maken graag een nestje om in te slapen hiervoor kunnen ze bijvoorbeeld hooi of fleece snippers gebruiken. In het wild slapen ze voornamelijk in holle stronken, dit is na te bootsen met houten nestkasten, kurktunnels en vergelijkbare slaaphokjes.
Qua inrichting zijn stronken, takken en andere mogelijkheden tot klimmen populair. Een loopwiel maken ze graag gebruik van, let er wel op dat het wiel groot genoeg is (minimaal 22 cm) zodat de tenrek met een rechte rug kan lopen.
Het is vrij makkelijk om ze zindelijk te maken aangezien de meeste tenreks uit zichzelf al één hoek van het verblijf uitkiezen als toilet.

Kleine egeltenreks wassen zichzelf met zand, het is daarom belangrijk om ze regelmatig een zandbad aan te bieden (of het in de kooi te plaatsen). Hiervoor kan chinchillazand gebruikt worden. Tijdens de zomer dient de kooi verwarmd te worden tot ongeveer 23-28C. Dit kan het beste gedaan worden met een keramische warmtelamp die alleen warmte afgeeft en geen licht. In de winter, wanneer de dieren een winterslaap houden, mag de temperatuur zakken tot iets onder de 20C.

 

de voeding van de  de kleine egeltenrek met name insecten eet is het belangrijk dat deze dagelijks gegeven worden, het liefst levende insecten (veel tenreks willen ook niks weten van gedroogde versies). Variatie in soorten, dus niet alleen meelwormen en krekels, is ideaal. Daarnaast kan er afgewisseld worden met vlees, ei, kattenvoer (zowel droog als natvoer) en af en toe wat fruit en groente.
Het is van belang dat egeltenreks voldoende calcium en vitamines binnenkrijgen, daarom kan er een supplement gebruikt worden (bijv. voor reptielen of kleine zoogdieren). Calcium is met name belangrijk voor zwangere vrouwen en opgroeiende jongen.
Calcium kan toegevoegd worden aan het voer of het water. Een waterbakje drinkt prettiger en natuurlijk dan een flesje.

n het wild houden kleine egeltenreks een winterslaap en in gevangenschap wordt deze meestal nagebootst. Sterker nog, het lijkt zelfs moeilijk te zijn om ze uit winterslaap te houden. Het is momenteel niet bekend of het wakker houden nadelige gevolgen heeft of niet maar de meeste mensen laten hun dieren in winterslaap gaan. Het ontwaken na de winterslaap lijkt ook de paringsdrang te triggeren.
Hoe lang de tenrek slaapt verschilt per dier maar de winterslaap duurt gemiddeld zo'n 4-5 maanden. De dieren worden traag en stoppen met eten of eten nog maar nauwelijks. Hun lichaamstemperatuur zakt, waardoor ze koud aanvoelen. Zelfs als ze wakker zijn gedragen ze zich sloom en ze zullen het grootste deel van de tijd liggen te slapen.
Het is aan de eigenaar of hij/zij de tenrek(s) blijft hanteren tijdens hun winterslaap. Voor de dieren lijken hier verder geen nadelige gevolgen aan te zitten.
Jonge egeltenreks die hun eerste winter in gaan houden vaak geen of een kortere winterslaap. Vanwege hun meestal nog lichtere gewicht is het verstandig ze goed in de gaten te blijven houden om te voorkomen dat ze teveel afvallen. Sowieso is het handig om je tenrek regelmatig te wegen zodat grote gewichtsverschillen niet later pas opvallen.

 

Aangezien egeltenreks een cloaca hebben is het soms lastig om het geslacht te bepalen. Gelukkig zijn er enkele uiterlijke verschillen tussen de geslachten.
De man heeft een bredere, stompere kop met verdikte kale ringen rond de ogen. De vrouw heeft deze ringen niet (althans niet zo duidelijk) en heeft een spitsere snuit.
Bij jonge dieren kan geslachtsbepaling lastig zijn aangezien de kenmerken nog niet zo duidelijk ontwikkelt zijn.
Mannetjes stoten een melkachtige vloeistof uit rondom hun ogen en neus als ze een vrouw ruiken, echter kunnen vrouwen dit ook, dus als een tenrek ‘melkt’ wil het niet altijd zeggen dat het een mannetje is.

Na het ontwaken uit de winterslaap begint de paringstijd. Het mannetje scheidt een melkachtige vloeistof uit de klieren om zijn ogen en neus en smeert die af aan objecten in het hok. Dit is de Doritos-achtige geur die het begin van de paringstijd inluidt.
Man en vrouw zullen enkele keren paren. Een paring kan soms wel een uur duren. Zodra het duidelijk is dat de vrouw zwanger is is het verstandig haar van de man te scheiden. Sommige mensen blijven ze samen houden, maar vaak raakt de vrouw geïrriteerd door de man die wil blijven paren en daarbij heeft de zwangere vrouw voldoende eten en rust nodig, wat makkelijker gaat als ze gescheiden zit.
Calcium is zeer belangrijk in deze periode. Dit kan aan het voer toegevoegd worden in de vorm van poeder, of als vloeibaar middel door het water. Als de vrouw tijdens de zwangerschap te weinig calcium binnen krijgt kunnen de jongen geboren worden met kromme pootjes (of erger). Ook tijdens de eerste maanden van hun groei is voldoende calcium belangrijk voor de jonge tenreks.
De draagtijd is ongeveer 60 dagen maar er kunnen uitschieters naar boven of onder zijn dus het is verstandig rekening te houden met 45-70 dagen. Er zijn gemiddeld 3 tot 5 jongen.
In het wild krijgen egeltenreks meestal maar één nest per jaar, in gevangenschap wordt dit ook aangehouden. Belangrijk is dat de dieren minimaal één winter oud zijn voor ze een nest krijgen, maar het liefst twee (al zijn ze al eerder vruchtbaar). In hun eerste winter gaan ze vaak minder diep in winterslaap dus na hun tweede is het zeker dat ze de winterslaap goed doorkomen en sterk genoeg zijn om na het grootbrengen van een nest de winter in te gaan.
Zoogtijd is ongeveer 5 weken. De ogen gaan open rond 7-11 dagen en de jongen gaan al vrij snel op onderzoek uit; met 2-3 weken proberen ze al mee te eten met hun moeder. Na minimaal 6 weken kunnen de jongen van de moeder gescheiden worden.

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb