*info/uiterlijk/voeding/voortplanting

 

De butskop is één van de grootste soorten spitssnuitdolfijnen. Het dier heeft een enorm bol voorhoofd en een smalle snuit, waardoor de kop enigszins lijkt op een dikbuikige fles: vandaar de Engelse naam "bottlenose whale". De staart heeft geen inkeping in het midden. 
Net als alle andere spitssnuitdolfijnen heeft de butskop een sterk gereduceerd gebit. In de regel heeft de butskop slechts één tand in elke onderkaakshelft. Deze tanden staan helemaal vooraan in de kaak. Bij de mannetjes breken ze door, bij de vrouwtjes blijven ze verborgen in het tandvlees. Zowel vrouwtjes als mannetjes hebben vaak littekens van tandkrassen die door mannetjes zijn toegebracht.

Volwassen dieren zijn grijs tot bruin van kleur, jonge dieren zijn bijna zwart. 
Oudere mannetjes zijn te herkennen aan het witte voorhoofd.

Volwassen mannetjes: bijna 10 meter. Volwassen vrouwtjes: maximaal 8,5 meter. 
Pasgeborenen: 3 tot 3,5 meter.

Volwassenen: 5500 tot 7000 kg.

Het stapelvoedsel bestaat uit inktvis. Daarnaast wordt vis gegeten. Bij de jacht gebruiken ze echolocatie. Op zoek naar eten duiken ze naar dieptes van 1.000 meter of dieper.

De structuur van butskopgroepen is nog onduidelijk. De meeste waarnemingen betreffen één of twee dieren, maar er zijn tot 35 butskoppen bij elkaar gezien. Het lijkt erop, dat de volwassen vrouwtjes stabiele familiegroepen vormen en dat de mannetjes tussen deze groepen heen en weer trekken. Mogelijk varieert het aantal dieren per groep ook met het seizoen, en voegen kleine gropejes butskoppen zich samen op plaatsen waar veel voedsel zit.

Vrouwtjes zijn geslachtsrijp bij een gemiddelde lengte van 6,9 meter (na 8 à 12 jaar). Mannetjes zijn geslachtsrijp bij een gemiddelde lengte van 7,5  meter (ongeveer na 11 jaar). 
Bij Spitsbergen, Jan Mayen, IJsland en Noorwegen komen in het voorjaar of in de zomer de kalveren ter wereld. Ze drinken waarschijnlijk minstens een jaar lang bij hun moeder. De draagtijd is ongeveer 12 maanden.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb