verschillende gerbils onderaan( foto's)  

info, uiterlijk,gedrag,voortplanting,huisvesting

Basisvoer

Er zijn tegenwoordig goede knaagdiervoeders te koop in bijna alle dierenwinkels. Er zijn zelfs aparte voeders te koop voor de meeste knaagdiersoorten. Voorheen bestond er nog geen speciaal voer voor gerbils, maar in sommige winkels zijn ze sinds kort te koop. Maar het is geen ramp als de dierenwinkel bij u in de buurt dit niet verkoopt, want de voedingsbehoefte van een gerbil sluit goed aan bij die van een hamster. Dus u kunt uw gerbils gerbilvoer of hamstervoer geven. Als deze voeders niet bij uw dierenwinkel te koop zijn, kunt u het ouderwetse gemengd knaagdiervoer geven aangevuld met wat dierlijk en plantaardig voer. Als u voer koopt moet u er wel op letten dat er niet te veel groene graskorrels, zonnebloempitten pinda's of andere noten in zitten. Dit moet u doen omdat de gerbils de graskorrels bijna altijd laten liggen en omdat de zonnebloempitten, pinda's en andere noten veel vet bevatten, waardoor ze snel vet worden wat problemen voor de gezondheid en met het fokken kan opleveren.

U kunt het voer in een voerbakje geven, maar u mag het ook los in het verblijf strooien. Een voerbak zullen ze vaak leeg krabbelen en bijna altijd onder graven. Ze de voerbak als u deze wilt gebruiken dus op een hoge plaats, waar ze toch goed bij kunnen. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de Mongoolse gerbil liever en beter eten als ze hun voedsel zelf moeten zoeken. Wat voor de gerbils heel natuurlijk is, want in de natuur moeten ze het natuurlijk ook zelf gaan zoeken.

Let er ook bij het kopen van voer op de fabricagedatum, want de vitaminen in het voer blijven maar ongeveer drie maanden werkzaam. Koop om dezelfde reden ook nooit te veel voer in één keer.

Mongoolse gerbils eten ongeveer 10 tot 15 gram gemengd knaagdiervoer per dag.

Groenvoer

Het is goed om Mongoolse gerbils af en toe wat groente en fruit te geven, want deze bevatten veel vitaminen en mineralen. Maar geef niet te veel, want de Mongoolse gerbil komt oorspronkelijk uit droge gebieden (halfwoestijnen) en is niet gewend aan veel vochtrijk voer. De dieren kunnen er zelfs diarree van krijgen. Geef ze dus ongeveer 1 of 2 keer per week wat groente en fruit.

U kunt ze bijvoorbeeld het volgende geven: witlof, bloemkool, paprika, wortels, andijvie, komkommer, rauwe of gekookte aardappel, appel, peer, banaan, mandarijn, druiven, etc. Gerbils vinden bijna alle fruitsoorten lekker, hoewel citrusfruit vaak te uur gevonden wordt. Kruidachtige planten uit de tuin of elders kunnen ook gegeven worden, zoals paardebloem, klaver, vogelmuur en gras. Was de geplukte planten altijd goed voor het geval dat ze bespoten zijn met een bestrijdingsmiddel en voor andere viezigheid. Pluk deze planten ooit in de bermen langs drukke wegen, in verband met de uitlaatgassen.

Takken en twijgen zijn zeker in de winter als vitaminerijk bijvoer zeer geschikt. Ook is het goed voor hun tanden, want de tanden blijven altijd door groeien en door te knagen blijven ze op de goede lengte. Geef alleen takken van fruitbomen, wilg, berk, hazelnoot, beuk en esdoorn.

Hooi is ook goed voor gerbils, omdat het veel vezels bevat. Hiernaast gebruikt de gerbil het ook nog als nestmateriaal. Ze maken er zacht nestmateriaal van door de strootjes in tweeën te splijten. Het houdt de gerbils dus ook bezig, wat goed is tegen de verveling.

PAS OP! Geef geen spinazie of kropsla in de winter, vanwege het hoge nitraatgehalte. Geef ook geen zuring en rabarber, omdat deze te veel oxaalzuur bevatten wat nierstenen kan veroorzaken. Geef ook geen onbekende kruiden, want sommige kunnen giftig zijn. Takken en twijgen van andere boomsoorten dan boven vermeld kunnen ook giftig zijn. Rauwe bonen en ontkiemde of groen aardappelen zijn giftig, geef dit dus nooit!

Dierlijk voer

Ook eten gerbils dierlijke voer. U kunt ze meelwormen, honden of kattenbrokjes, een theelepel yoghurt of kwark of een klein beetje gekookt ei. Vooral drachtige en zogende vrouwtjes eten graag dierlijk voer, omdat ze de eiwitten dan goed kunnen gebruiken voor de ontwikkeling van de jongen en de productie van melk.

Lekkernijen

Mongoolse gerbils zijn gek op zonnebloempitten, nootjes en meelwormen. Deze lekkernijen zijn alleen niet echt gezond voor ze, omdat ze veel vet bevatten. Geef het dus niet te vaak. Gezondere lekkernijen zijn rozijnen en oud brood. Geef ze echter nooit snoep, chips, koekjes of suikerklontjes, want hier zit veel te veel vet, zout en suiker in. Uw gerbils kunnen er erg ziek van worden.

Vitaminen en mineralen

Mongoolse gerbils hebben geen extra vitamine en mineralen nodig als ze tenminste een goede en gevarieerde voeding krijgen. Sommige fokkers geven hun gerbils wel een liksteentje, zodat ze wat extra zouten en mineralen binnenkrijgen als ze er aan likken. Ook kunt u de gerbils kleine blokjes kalkzandsteen geven, zodat ze extra kalk binnenkrijgen en ze kunnen hun tanden er aan scherpen. In de meeste dierenwinkels zijn ook knaagstenen of kalkstenen voor knaagdieren te koop. Vooral drachtige en zogende vrouwtjes maken van het liksteentje en de knaag en kalkstenen gebruik, omdat ze er veel van nodig hebben voor de groei van de jongen en de productie van melk.

Ontlasting eten

Bijna alle knaagdieren eten af en toe hun ontlasting. Dit moeten ze wel doen, omdat er tijdens de spijsvertering vitamine B12 in het darmkanaal ontstaat. Deze vitamine krijgen ze dus binnen door hun ontlasting op te eten. Jonge gerbils eten de ontlasting van hun ouders, omdat daar bacteriën in zitten die ze nodig hebben om in hun eigen darmen vitamine B12 te kunnen maken. Dit hebben ze dus niet vanaf hun geboorte.

Alvorens we over de voortplanting praten, is het nuttig om even naar hun wilde soortgenoten te kijken. Zoals gezegd leven gerbils in familiegroepen samen. Deze bestaan uit een man en een vrouw, het alfapaar. Verder komen er in de familiegroep nog verschillende generaties jongen voor. Tot de jongen een half jaar oud zijn, verblijven ze in de groep. Ze leren in deze tijd alle kneepjes die ze nodig hebben om een zelfstandig bestaan te kunnen leiden. 

Na een half jaar worden de jongen uit de groep verdreven, en moeten de jongelingen op zoek naar een eigen stek. Ook komt het voor dat een of twee dochters in de groep verblijven. Meestal is het zo dat enkel het dominante vrouwtje jongen mag werpen. Hoewel dit in gevangenschap niet altijd het geval is, dient u hiermee rekening te houden. 

Vaak gebeurt het dat een vrouwtje door verschillende mannen word gedekt, hoewel het dominante mannetje dit normaliter niet toestaat. Het kan gebeuren dat de broer van het dominante mannetje die ook nog in de groep zit, het vrouwtje beklimt wanneer de dominante even niet oplet. Het risico bestaat dus dat in een verblijf met meerdere mannen een nest verschillende vaders kan hebben. 

Een volwassen man met twee vrouwtjes. Deze kunnen ook zonder probleem samenleven, maar het loopt in vele gevallen flink fout. De problemen 
ontstaan meestal als een van de vrouwtjes zwanger is, of als de jongen geboren zijn. Vaak treedt nestroof en kannibalisme op als  gevolg van jaloezie. Vaak gaan de vrouwen onderling hevig vechten om de rangorde te bepalen. 

Een grotere gemengde groep:
Dit is beslist af te raden, want de gerbils kunnen hevig in conflict komen en elkaar zelfs naar het leven staan. Bovendien heb je op die manier niet in de hand wie met wie paart, en dat is zeker voor showkwaliteit niet altijd zo wenselijk. Een vrouwtje dat op acht weken oude leeftijd gedekt wordt, kan zonder probleem een nest jongen zogen en opvoeden, maar zij heeft dan wel extra 
ondersteuning nodig en ze zal waarschijnlijk niet erg groot worden. Nu denkt men misschien: dan zet je de dieren pas samen als ze zijn uitgegroeid. Er zit echter een addertje onder het gras. Een minder goede eigenschap aan gerbils, is dat ze niet zo vriendelijk zijn naar vreemde gerbils. Het beste kunt u fokparen of trio's samenstellen wanneer de gerbils acht tot maximaal tien weken oud zijn. Op deze leeftijd zijn de jongen zo ver ontwikkeld dat men de kwaliteit van de dieren kan inschatten. 

Vanaf de tiende levensweek kunnen de gerbils knap lastig zijn wanneer men ze wil koppelen. Toch is het mogelijk met heel veel geduld en tijd om deze dieren nog te koppelen. Gerbils zijn daarbij nog eens erg kieskeurig wat partner betreft. Het beste kunt u een groep jonge gerbils laten samenleven tot zij een week of tien oud zijn, en daar dan de ideale koppels uit samenstellen. 

Het spreekt voor zich dat een fokpaar veel ruimte nodig heeft. Houd er rekening mee dat, wanneer u voor tentoonstellingen fokt, er waarschijnlijk dieren in de groep zullen blijven om mee voort te fokken. De bakken moeten dus niet te klein zijn. Voor een fokpaar of trio voldoet zestig cm lengte, veertig cm breedte en veertig cm hoogte prima. Veel mensen gebruiken ook dunabakken. Dit zijn bakken die gemaakt zijn van kunststof, waarin aan de overkant een spijlenrooster ligt dat kan worden verschoven. Deze bakken zijn erg geschikt voor een fokgroep. 

Gerbils zijn folkrijp tot ongeveer twee jaar. Vrouwtjes zijn op hun hoogtepunt als ze een jaar oud zijn. De nesten zijn dan erg groot en meestal zijn er een aantal nesten achtereen. 

De jongen worden blind, naakt en doof geboren. Ze wegen ongeveer drie gram en zijn ongeveer drie centimeter lang. Ze zijn totaal van moeders goede zorgen afhankelijk. Afhankelijk van de leeftijd en de conditie van de gerbilvrouw, kan het nest bestaan uit drie tot tien jonge gerbils. Jonge vrouwtjes zullen meestal wat minder jongen hebben. Tijdens de eerste dagen kan behoorlijk wat van het nest jongen doodgaan. Dit ligt deels aan de onervarenheid van de moeder, en deels aan de zwakheid van de jongen. Het komt wel eens voor dat de eerste drie nesten worden opgegeten. Dit is normaal en men kan er weinig tegen doen. 

Men hoort aan hoge piepgeluidjes dat de jongen er zijn. Normaal is het beter de jongen niet aan te raken, maar als je het toch doet, zorg dan dat je geur van je handen gemaskeerd is, bijvoorbeeld door ze in te frijven met houtkrullen uit moeders kooi. Nog doeltreffender is je handen met urine van de moeder in te wrijven. De jongen groeien razendsnel. Na een week is de ruggvacht al zichtbaar. Tussen de tiende en de twaalfde dag breekt ook op de buik de vacht door. Men kan op deze leeftijd best even naar de buikjes van de jongen kijken. Bij vrouwtjes zijn de kale plekjes nu zichtbaar. Dit zijn de tepels. Wanneer men een paar dagen later kijkt, zijn deze plekjes ook met haar bedekt en moet men wachten tot de jongen ouder zijn. 

Na twee weken gaan de ogen open en breken de tanden door. De jongen worden nu echt ondernemend, en ze proberen uit nest te kruipen. Dit tot grote ergernis van mama, die maar heen en weer blijft trippelen om het kleine grut in het nest te houden. De jongen worden tot de leeftijd van ongeveer 28 dagen gezoogd. Theoretisch kunnen ze dan van de groep weg, maar het is voor de dieren veel beter ze minimaal tot zes weken bij de ouders te laten. 

De vierde en de vijfde levensweek zijn zeer belangrijk voor jonge gerbils, want dan worden ze wegwijs gemaakt in het sociale leven van de gerbils. Dan leren ze ook roffelen en andere sociale vaardigheden die ze zo hard nodig hebben in hun verdere leventje. 

Huisvesting 

Gerbils zijn over het algemeen sociale dieren waardoor ze het beste in groepen of paren gehouden kunnen worden. Mongoolse en Bleke gerbils kunnen in tweetallen, trio’s en groepen gehouden worden. Een paartje (man en vrouw) zal nooit vechten en gaat altijd goed samen. Een trio (man, 2 vrouwtjes) gaat goed, tot één van de vrouwtjes drachtig wordt. Wanneer dit gebeurd kan er kannibalisme ontstaan, een vrouwtje eet dan soms jongen op. Ook gaan de vrouwtjes onderling vechten voor de rangorde. Wanneer een grote gemengde groep bij elkaar gehouden wordt loopt het uit op vechten. De laatste optie is een grote groep van hetzelfde geslacht. De Dikstaart gerbil kan het beste alleen gehouden worden, hoewel het ook lukt om deze in tweetallen of trio’s te houden. Om één van deze combinaties te huisvesten is een verblijf nodig. Een bak met de minimale afmetingen 60 x 40 x 50 cm is zeer geschikt hiervoor. Er moet voor gezorgd worden dat er een deksel op de bak zit. De Mongoolse gerbil is een uitstekende springer en kan er zonder deksel gemakkelijk vandoor kan gaan. Er moet wel opgelet worden dat de deksel niet kapot te knagen is. Er moet altijd voldoende ventilatie aanwezig zijn, zodat de gerbil frisse lucht krijgt. Tevens mag het verblijf niet in de volle zon staan, dit is slecht voor de gezondheid van de gerbil. Het verblijf moet tochtvrij zijn, als dit niet het geval is dan kan de gerbil ernstige gezondheidsproblemen krijgen. Als een gerbil ziek wordt en in quarantaine geplaatst moet worden, kan dit problemen veroorzaken. Zoals genoemd is een gerbil een sociaal dier. Als een dier uit de groep wordt gehaald en later teruggeplaatst wordt, kan het voorkomen dat de groep dit dier niet meer accepteert. Daarom is het aan te raden een dier alleen bij uiterste noodzaak in quarantaine te plaatsen.

Wanneer gerbils goed verzorgd worden kunnen ze afhankelijk van soort 3 tot 7 jaar oud worden. De Dikstaart gerbil wordt daarbij het oudst en kan 5 tot 7 jaar oud worden. De Mongoolse en Bleke gerbil halen over het algemeen een leeftijd van 3 tot 5 jaar. De verzorging van deze drie soorten blijft beperkt tot het schoonmaken van het verblijf en het verversen van het drinkwater en voer. Dit laatste moet iedere dag gebeuren, het verblijf moet afhankelijk van de grootte en het aantal dieren ongeveer eens in de week schoon gemaakt worden. Gerbils eisen geen verdere lichamelijke verzorging.  

er zijn verschillende gerbils:

MONGOOL GERBIL

Jerusalem gerbil

Egyptische gerbil

Lybische gerbil

Indische gerbil

NAMIBISCHER GERBIL

Dikstaartmuis gerbil

BLEKE GERBIL

Przewalski's gerbil

PLUIMSTAART

EMINS GERBIL

CHEESMAN

 

Mongoolse gerbil /jerusalem/      egyptische            lybische                namibische               indische

DIKSTAART                   BLEKE                 PRZEWALSKI4S       PLUIMSTAART      EMINS                     CHEESMAN

Maak jouw eigen website met JouwWeb