*info>/voeding/dracht/huisvesting

 

Heel vroeger waren er geen varkens. Er liepen wel wilde zwijnen rond. Daar werd op gejaagd, want dat vonden de mensen erg lekker. Wilde zwijnen werden ook gevangen. De zwijnenhoeder nam de dieren elke dag mee naar de bossen en de velden. Hij zorgde er wel voor dat ze niet weg liepen. Onderweg aten de wilde zwijnen wat ze tegen kwamen. bijv. : beukenootjes, kastanjes, planten, slakken, torren, noem maar op.

Zodra het zwijn goed vet was werd het geslacht. Later gingen de boeren de wilde zwijnen bij hun huis houden. Ze kregen een weitje om te scharrelen, en een schuur om te schuilen. Ze leefden van afval, oud brood, restjes groenten, aardappelen, en schillen. Bovendien ruimden ze zo mooi de rommel op. Ook wroeten ze de grond om, en kon de boer het zaaien. Er werd hen zelfs geleerd om een kar te trekken. Zwijnen bij huis was dus erg handig. En je hield er nog een stukje vlees aan over ook. In de loop van tijden werden de zwijnen steeds meer gewend aan de mensen. Ze werden minder bang en veranderden langzamerhand van wilde zwijnen naar tamme huisvarkens.

Zo vies als een varken. Zo dom als een varken. .Kun je nog meer kwaad over knor-knor vertellen? O,ja. Zo lui als een varken. Weet je wel dat een varken juist een heel zindelijk dier is? Wij mensen denken dat een modderbad heel vies is , voor voor het varken is het juist het tegen middel van kriebel beestjes of luizen. Omdat ze in het modderbad liggen en er weer uit komen droogt de modder en de beestjes samen op tot een harde korst. Daarna gaat het varken tegen een boom aan zitten wrijven om de korst en de beesfjes er af te halen. En dan zijn ze weg.

Een zeug die voor het eerst jongen krijgt,weet soms niet wat haar overkomt. Opeens floept er een biggetje uit haar achterwerk, en nog een en nog een. Een jonge zeug krijgt er meestal 8 en een oudere zeug meestal 12 of meer. Wat gebeurt hier denkt de zeug. Ze is zo in de war dat ze van schrik een biggetje doodbijt. Soms laat de boer vantevoren een konijn los. Het huppelt en rent om haar heen. Zo raakt de zeug wat gewend aan de drukte.

voeren doe je met je ogen. Dat geldt voor alle landbouwhuisdieren, maar in het bijzonder voor varkens. Ze worden gauw te dik, en dat kan allerlei gezondheidsproblemen met zich meebrengen. Om ze goed te kunnen voeren, moet het gewicht van het varken worden vastgesteld. De ideale conditie voor een varken is als je de ribben kan voelen, maar niet kan zien.
Brood is voor varkens een echte dikmaker. Zeugenbrokken voor minivarkens zijn om dezelfde reden eveneens af te raden. In gewoon varkensvoer zitten makkelijk verteerbare koolhydraten en daar krijgen dit soort dieren vrij snel dunne mest van (kijk maar bij de varkensbedrijven, daar is de mest eigenlijk altijd aan de dunne kant). Daarom is er speciaal voer voor hobbyvarkens ontwikkeld, dat meer ruwe vezel bevat, een lager vetgehalte en een lager eiwitgehalte dan het standaard varkensvoer. Varkenshouders kunnen ook hun eigen mix maken van 'gewoon' varkensvoer, met daarnaast gerst (geen andere granen) en veel groen.

De drachtperiode van een zeug duurt (gemiddeld) drie maanden, drie weken en drie dagen. Tijdens het grootste deel van de dracht is er weinig aan de zeug te merken. Ze heeft tot drie weken voor het werpen niet veel extra voeding nodig.

Varkens hebben ten eerste een droge en ruime stal nodig, met volop stro waar ze op kunnen rusten. De grootte van de stal is afhankelijk van de grootte van het varken. Daarnaast zou elk hobbymatig gehouden varken op zijn minst een uitloop naar buiten moeten hebben. Op een stenen uitloop kunnen de varkensklauwen op natuurlijke wijze afslijten.

Als uitloop is een eigen varkenswei helemaal ideaal, vooral als de wei is opgedeeld in een verhard uitloopgedeelte en een onverhard gedeelte met een modderpoel. Rond deze uitloop moet wel een goede afrastering worden aangebracht. Een aangrenzende sloot is niet voldoende (zie Zwemmende varkens ). 
Varkens zijn zindelijke dieren. Ze zullen hun verblijf niet bevuilen; ze doen hun behoefte het liefst buiten op een aparte mestplaats. Als je hobbymatig varkens houdt (maximaal 4) dan hoef je je niet te houden aan mestregels. Je kunt wel de mest geregeld uit de varkenswei verwijderen en naar de composthoop afvoeren. Eventueel afdekken. Het is vaak de urine die stinkt.

meer info:  https://www.levendehave.nl/dierenwikis/varkens/voortplanting-van-varkens