*omschrijving/verspreiding/nest/gedrag/voeding/voortplanting/huisvesting

 

Uiterlijk: oranje tot roodbruin op de rug met een witte buik
Lengte van de muis: 5-8 cm
Lengte van de staart: 5-8 cm
Gewicht: 5-10 gram, drachtige vrouwen tot 13 gram
leefgebied in wild: Europa en Azië
Voedsel: Zaden (van granen), vruchten, bessen en insecten (motten, sprinkhanen en rupsen) zijn het hoofdvoedsel van de dwergmuis
Draagtijd: 17-20 dagen
Ogen open: 8 dagen
Speenleeftijd: 15-16 dagen
Geslachtsrijp: 5-8 weken
Nesten per jaar: 3-7
Nestgrootte: 2-8 jongen
1e keer uit het nest: 13 dagen
Aantal tepels: 8
Leeftijd in het wild: 1,5 jaar

Leeftijd in gevangenschap: 4 jaar 

De Europese dwergmuis is het kleinste knaagdier van Europa en een van de kleinste knaagdieren ter wereld. De dwergmuis komt voor in bijna geheel Europa. Ze ontbreken in het grootste deel van Scandinavië, Schotland, Italië en het Iberisch Schiereiland, in Ierland, IJsland en de westkust van de Balkan. In Azië komen ze voor tot in Japan. 

De Engelse naam voor dit diertje is “Harvest Mouse”, deze naam hebben ze te danken aan het feit dat ze voornamelijk in graanvelden te vinden zijn. Met behulp van zijn grijpstaart is de Europese dwergmuis uitermate geschikt om in de graan halmen te klimmen. De Europese dwergmuis is volledig aangepast aan het leven in verticale vegetatie. Dus bijvoorbeeld graanhalmen en of diverse soorten grassen. 
Dwergmuisjes leven het liefst in alle gebieden waar hoge grassen te vinden zijn, zoals droge rietvelden, graan akkers en grasvelden met hoog gras. Ze zijn ook in onbegraasde hooilanden, bermen, verwilderde tuinen, overwoekerde heggen en bosranden te vinden. Tijdens strenge winters wagen ze zich ook in menselijke nederzettingen. 

De dwergmuis maakt een heel bijzonder nest op een hoogte van een meter. Het nest lijkt net op een klein balletje en is gemaakt van reepjes gras en blad. Deze nesten hebben een of twee ingangen. En omdat de nesten geweven zijn met grassen en blad zijn ze water- en winddicht. 

Zomernest: In de zomer vind je de dwergmuis meestal in zijn nestbollen tot een meter hoogte.
Winternest: In de winter hebben de dwergmuizen een nest dicht bij de grond, ondergronds of in schuren. 

De dwergmuis is een dagactief diertje (in de zomer vaak ‘s nachts en in de winter overdag).

Voor twee Europese dwergmuizen voldoet een hoog (minimaal 50 cm) aquarium (met ontsnappingsvrij deksel) van minimaal 70 cm x 40 cm x 70 cm hoog het best. Deze kleine dieren kunnen door de kleinste gaatjes kruipen. Het gaas van het deksel mag maximaal een maaswijdte hebben van 5 mm. Tocht en vocht moet worden vermeden evenals de felle zon: de temperatuur in een aquarium kan snel hoog oplopen. Deze dwergmuizen zijn muizen die veel vocht verbruiken: gebruik als bodembedekking een laag speelzand van zo'n 5 tot 7 cm waarin ze ook lekker kunnen graven en woelen. Het zand moet aangevuld worden met hooi. Een nest ter grootte van een tennisbal wordt door de muizen zelf gemaakt van grof gras en hooi. Het winternest ligt dicht bij de grond, het zomernest wordt tussen takken of graanhalmen ver boven de grond gevlochten. Het muizen-verblijf kan verder ingericht worden met klimtakken en stenen zodat de muizen zich niet hoeven te vervelen.

Houd de kooi goed schoon, vooral wat betreft bedorven groente en fruit. Dit kan gaan schimmelen en allerlei ziektes veroorzaken. Pas goed op tijdens het verschonen van het verblijf, de muizen zijn erg snel en springerig. Het beste om deze dieren te vangen is, door ze in een doosje te laten lopen en met doosje en al uit het verblijf te tillen. 

 

Deze dwergmuizen zijn alleseters en hebben behoefte aan een eiwitrijk dieet. Voor Europese dwergmuizen is geen speciaal voer te koop. Als basis kan parkietenvoer ( millet, het hoofdbestanddel van parkietenvoer is bijzonder rijk aan calcium) dienen, aangevuld met universeelvoer en af en toe wat krekels en meelwormen. Pas op voor zonnebloempitten; dit bevat veel vet! Geef geen konijnenvoer: qua voedingsmiddelen is dit niet geschikt voor muizen. Fruit en groenvoer zijn heel belangrijk voor deze muizen en dient een wezenlijk bestanddeel van de voeding te zijn.

Water kan worden verstrekt in ondiepe schaaltjes. De meeste drinkflesjes met een drinknippel werken te zwaar voor deze kleintjes. Europese dwergmuizen hebben een heel snelle stofwisseling, deze dieren mogen dan ook nooit zonder eten of drinken komen te zitten.  

 In het wild is het begin van de paartijd in April of Mei. Als het vrouwtje drachtig is dan begint ze met de bouw van haar kraamnest, dat steviger gebouwd is dan het gewone nest. Met bladrepen vormt zij het skelet van het nest, waarna ze binnen in het hol voorgekauwd gras legt, waarin dan later de jongen geboren zullen worden. De jongen worden geboren na een draagtijd van 17 tot 20 dagen. Een nest kan één tot acht jongen tellen, en een vrouwtje kan tot drie tot zeven nesten per jaar krijgen, in gevangenschap zelfs tot acht. De jongen worden blind, doof en naakt geboren. Ze hebben een geboortegewicht van ongeveer 1 gram. Na 3-4 dagen krijgen ze een grijsbruine vacht. Na ongeveer acht dagen gaan de ogen open, de volgende dag breken hun tandjes door, en nog een dag later kunnen ze al vast voedsel eten. Dit zorgt ervoor dat de melkproductie bij het vrouwtje afneemt. Met 13 dagen verlaten ze voor het eerst het nest om te oefenen in klimmen. Enkel het vrouwtje zorgt voor de jongen, drachtige vrouwtjes jagen mannetjes weg. In gevangenschap duldt het vrouwtje echter vaak een mannetje. Na vijftien dagen worden de jongen gespeend en na 16 dagen verlaten de jongen het nest. Meestal worden ze weggejaagd door een opnieuw drachtige moeder. Met 5-8 weken zijn deze muisjes geslachtsrijp.