Ratten zijn heel nieuwsgierige, vriendelijke en intelligente diertjes. Ratten zijn heel gemakkelijk tam te krijgen, vooral als ze nog heel jong zijn. Ook kan je ratten veel kunstjes leren, het zijn net kleine acrobaten. Ze kwamen ze er achter dat de rat een heel lief en intelligent diertje was. Je kon er ook mee spelen, knuffelen en je kon ze dingen leren.

Je hebt ze in alle kleuren en maten. 
Maar ze zijn te herkennen aan hun grote lijf, hun spitse neus en natuurlijk aan de grote lange staart. Ze hebben natuurlijk vier poten, waarvan de achterste groter zijn. Ook hebben ze lange snorharen, lange tanden, kleine oogjes en hele scherpe 
nageltjes.

Over het algemeen eten ratten alles. Maar het beste is om knaagvoer speciaal voor ratten te geven. Geef alleen niet te veel zout en gekruide gerechten. Je kunt ze ook gewoon vlees geven.Worden ze echt niet vals van. Ze hebben die dierlijke eiwitten echt nodig. 
Je hoeft ze geen extra vitaminen te geven. Geef je ratten elke dag schoon drinkwater. Jij drinkt ook niet 3 dagen uit hetzelfde glas waar al 3 dagen hetzelfde drinken in zit.

Je kunt tamme ratten goed als huisdier houden. De rat is een vrij nieuw en populair huisdier. Dat de rat zo populair is, is eigenlijk wel jammer, want daardoor wordt er met ratten erg veel en onvoorzichtig gefokt. Daarbij wordt dan vaak alleen op het aantal, kleur en tekening gelet, terwijl gezondheid en karakter toch veel belangrijker zijn. Zo is bijvoorbeeld de huskyrat ontstaan. Het is een doorgefokt ras. Je kunt ze meestal wel in een dierenwinkel vinden, maar zijn vaak goedkoper. Dat komt omdat er bij het fokken niet goed op karakter is gelet en daardoor is het diertje veel agressiever. Nog een groot probleem is dat er nu ook groothandelaren zijn. Dat zijn eigenlijk de boosdoeners, want zij fokken alleen op aantal, kleur en tekening. Dierenwinkels halen daar vaak hun dieren vandaan en mensen kopen daar vaak hun ratten, waardoor de groothandelaren weer in stand worden gehouden. Je leest ook redelijk vaak in de krant dat er weer een groothandelaar gesloten is, omdat de dieren daar niet goed behandeld werden. Een rat is wel erg lief en leuk, maar er zijn toch nog een hoop problemen in het rattenwereldje.

Ratten hebben snel last van hun luchtwegen als je ze niet goed verzorgt. Als je rat niest of een raar geluid maakt bij het ademen, ga er dan mee naar een dierenarts die zal er een medicijn toedienen. 
ze hebben ook vaak last van te lange tanden.Gewoonlijk slijt dit af door het knagen van voedsel. Is dit niet het geval ga dan naar de dierenarts, die zal de tandjes knippen. Doe je dit niet dan kan de rat sterven van de honger. 
je rat kan ook last hebben van suikerziekte. Dit wordt meestal veroorzaakt door overtollig vet. Als dat het geval is moet de rat op dieet . Je kunt er achter komen door een urinestick in de urine van de rat te houden. 
Je kunt dan zien of er veel suiker in zijn urine zit. Als dat zo is ga dan naar de dierenarts. Die kan je meerdere informatie geven.

die tijd dan wel een geslaagde paring plaats.de tamme rat wordt ongeveer maar 2 jaar oud.

Of je nu een pretnestje, oepsnestje of een echt foknestje krijgt, de basis is natuurlijk hetzelfde. Hieronder wordt beschreven, hoe onder normale omstandigheden de paring, zwangerschap en geboorte verloopt. En dan? Ieder ritten zal voldoende aandacht moeten krijgen en daar zal ook een goed thuis voor gevonden moeten worden. Een nestje brengt heel wat met zich mee en het is dus belangrijk dat je van te voren goed weet waar je aan begint.

Bij een oepsnestje weet je vaak niet eens, dat die er geweest is en kan het soms moeilijk zijn om de vader te achterhalen. Bij een pretnestje wordt vaak gewoon een willekeurig mannetje gekozen. Alleen bij een foknestje wordt er (meestal) echt bewust gekeken naar beide ouderdieren. Zorg ervoor dat beide dieren in ieder geval gezond zijn en geen gedragsproblemen hebben. Dit dragen ze over naar de rittens en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Een stamboom is hierbij natuurlijk ideaal.

Hoe weet je nou (bijna) zeker dat een paring slaagt?
Ten eerste is het vrouwtje om de 5 dagen vruchtbaar. Dat heet flapperig. Ze springen en hupsen dan nogal rond en flapperen voortdurend met hun oren, vandaar de naam flapperig. Een mannetje is altijd vruchtbaar. Als je twee geschikte ouderdieren hebt gevonden en het vrouwtje is flapperig, dan kun je ze een nachtje bij elkaar zetten. Om zeker te weten dat de paring gelukt is kun je ze het beste een week ‘s avonds bij elkaar zetten. Overdag moet de man terug bij zijn maatjes, omdat hij anders zijn plaats in de rangorde verliest en daar kan ruzie van komen. Doordat ze steeds door jou bij elkaar gezet worden, ben je er bij als de dekking plaatsvindt. Hierdoor kun je de bevalling heel precies uitrekenen.

Een vrouwtje is gemiddeld zo’n 22 dagen zwanger. De eerste tekenen van zwangerschap zijn vaak het niet meer flapperig worden na 5 dagen en langzaam aankomen. Gedurende die 3 weken blijft ze aankomen…Dit zullen eerst slechts een paar gram per dag zijn, maar op het eind kan dat oplopen naar zo’n 20 gram per dag. Na 1 a 2 weken zal ze een buikje beginnen te krijgen en worden er tepeltjes zichtbaar doordat de haartjes rond de tepels uitvallen. Dit gebeurt ter voorbereiding op de rittens, die de tepels zo makkelijker kunnen vinden. Tijdens de zwangerschap mag ze zoveel eten als ze op kan. Een beetje bijvoeren mag dan best, maar niet te vaak natuurlijk. Vlak voor de geboorte zal ze een nestje gaan bouwen.

Geef veel nestmateriaal, gewoon wc papier is ook goed genoeg. Je kunt ervoor kiezen om haar bij haar maatjes te laten bevallen of haar alleen te zetten. Beide hebben voor- en nadelen. Bij haar maatjes kunnen de andere vrouwtjes de rittens stelen, om er zelf voor te zorgen. Dit lukt uiteraard niet, want ze geven geen melk. Ook kan je vrouwtje nogal bitcherig doen tegenover haar maatjes. Het voordeel is echter, dat de rittens goed gesocialiseerd worden. Als je haar alleen zet, heeft ze alle rust om haar rittens te baren en te voeden. Zet de moeder en haar rittens terug bij haar maatjes, als de rittens ongeveer 3 weken zijn. Anders worden ze totaal niet gesocialiseerd worden en zullen ze mogelijk problemen krijgen met andere ratten. Kies wel van te voren, want als het nestje er al is, kun je het niet meer veranderen. Kijk uit met een traliekooi, want daar kunnen de rittens doorheen vallen. Zet desnoods een doos in de kooi waar ze een nestje in kan bouwen. Je vrouwtje zal zich nu wat afzonderen en zich in alle rust voorbereiden. Ze kan nu ook wat bijterig naar jou toe zijn. Dat is normaal, laat haar in alle rust bevallen.

 

Meestal begint de bevalling op de 22ste dag, maar het kan ook eerder of later gebeuren. De meeste ratten bevallen tussen de 21ste en 24ste dag. Normaal hoef je hier niks bij te doen, behalve ze gewoon met rust laten en ze een beetje in de gaten houden. Zie je je vrouwtje lang persen zonder resultaat, ga dan direct naar de dierenarts!

Ieder ritten dat geboren wordt, zal goed schoongelikt worden zodat het gaat ademen. Het moedertje bijt de navelstreng door en eet de nageboorte op. Daarna wordt het volgende ritten geboren. Gemiddeld worden er zo’n 10 tot 12 rittens geboren. Als het goed is, drinken de rittens vlak na de geboorte al bij hun moeder. Dat hebben ze ook nodig, want die eerste melk (biest) bevat heel veel eiwitten en afweerstoffen. Hun huidje is doorschijnend roze en als ze net gedronken hebben kun je een geel vlekje zien. Dat is het zogenaamde melkbuikje. De rittens piepen en zijn beweeglijk. Dat is een teken dat het goed met ze gaat.

Met 6 weken mogen de rittens weg naar hun eigen nieuwe baasjes toe. Ze moeten dan wel minstens 100 gram wegen. Zet de mannetjes en vrouwtjes, voordat ze 5 weken zijn apart. Ze zijn dan namelijk zelf al vruchtbaar!!! Als je niet alle rittens zelf houdt, dan moet je voor de rest een goed tehuis zoeken. Dus niet naar de dierenwinkel, maar hang liever wat advertenties op in winkels en/of op internet. Geef de mensen genoeg informatie mee over de verzorging van ratten en nog belangrijker: als ze nog geen ratjes hebben, geef ze dan alleen per twee van hetzelfde geslacht weg. Zo weet je zeker, dat ze niet alleen komen te zitten. Je mag best geld vragen voor je rittens. Je hebt er tenslotte genoeg tijd en aandacht aan besteed. Zo weet je ook bijna zeker, dat ze niet bij slangenhouders of broodfokkers terecht zullen komen.

Eerst en vooral is er een groot lichamelijk verschil tussen de 2: op de leeftijd van zo'n vier weken heeft een mannetje duidelijk al balletjes onder de staart. Een vrouwtje heeft dat nooit. 
Verder denken vele mensen dat ze beter vrouwtjes kunnen aanschaffen dan mannetjes, omdat mannetjes een spoor achterlaten en vrouwtjes niet: is een grote misvatting, want vrouwtjes doen het ook soms, en veel mannetjes doen het niet… 
In het algemeen kan je stellen dat mannetjes groter worden dan vrouwen, en volwassen mannen zijn een stuk rustiger dan vrouwtjes. Vaak zijn mannen ook iets aanhankelijker, terwijl vrouwtjes speelser zijn. 
Bij kleine rittens herken je het verschil tussen de 2 geslachten door de afstand tussen anus en geslachtsdelen: die afstand is bij mannetjes net iets groter. Dit kan je in principe al zien vanaf de eerste dag, hoewel het na een paar dagen gemakkelijker wordt. Vanaf een week of 2 lijkt er minder verschil in afstand te zijn, maar de vrouwtjes kan je dan herkennen aan de tepeltjes. Nadien krijgen de mannen balletjes, en dan kan je je echt niet meer vergissen.

 

 

 

vrouwtje                    mannetje