*info/huisvesting/voedsel/voortplanting

 

Dwergkonijnen zijn goede maatjes voor kinderen en is één van de populairste troeteldieren die binnenshuis gehouden wordt. Als u besluit om een dwergkonijn aan te schaffen, neem dan de nodige tijd bij het kiezen van het diertje.

Het konijntje moet gezond zijn bij de aankoop d.w.z. de vacht moet mooi glanzend zijn, het moet heldere oogjes hebben en een propere poep. ( Geen diarree). De oren moeten schoon zijn (zonder korstjes), het diertje moet een droog neusje hebben en het konijntje mag niet niezen.

Een kamerkooi voor een dwergkonijn moet een oppervlak hebben van minstens 90 cm bij 50 cm en een hoogte van 45 cm.
Het hok moet zeker groot genoeg zijn. Konijntjes hebben graag veel beweging. In een te klein hok gaan ze zich opgesloten voelen. Het is aan te raden om het diertje alle dagen wat vrij te laten huppelen. Het hok mag buiten staan maar moet voldoende afgeschermd zijn tegen regen, tocht en felle zon.
Op de bodem leg je het best houtvezel omdat dit het meeste vocht absorbeert. 
Het hok moet ook voorzien zijn van een stevige aarden eetpot ( ze spelen er graag mee en gooien hem om). Vergeet zeker de drinkfles niet te bevestigen met een ijzeren draad aan het hok.
Een dwergkonijn stelt een huisje om in te schuilen en zich beschermd te voelen zeer op prijs.

Het belangrijkste in de verzorging van een dwergkonijn is de voeding. Wij geven de voorkeur aan een mengeling van konijnenkorrels met gedroogde groenten en graantjes. Niet te veel!
Het is erg belangrijk dat u een konijn dagelijks vers hooi geeft voor een goede spijsvertering. 
Als je je konijn verkeerde voeding geeft, worden de keutels zacht, plakken ze aan elkaar en kan het konijn last krijgen van verstopping en gasvorming. Dit kan fataal zijn.
Konijnen vinden groenvoer als wortels, appel, witloof ook zeer lekker. Zeker geen sla en nat gras geven want daarvan krijgen ze maag en darmproblemen.
Mocht het toch zijn dat het konijntje diarree heeft, dan kan je best voor een paar dagen het voer wegnemen en het diertje alleen hooi en water geven. Meestal helpt dit wel!

Je moet er ook voor zorgen dat het konijntje beschikt over vers drinkwater, zeker in de zomer, want konijntjes drinken veel. Dit kan je het best geven in een drinkfles zo blijft het proper en kunnen ze niet morsen.

Dwergkonijnen zijn dieren de gemakkelijk zindelijk te maken zijn. Plaats een bakje in het hok, vul dit bakje met houtvezels en een paar keutels. Op het moment dat het konijntje zijn behoefte in het bakje doet beloon je hem met wat extra aandacht en wat lekkers. Zindelijkheidstraining vraagt heel wat discipline van het baasje en het konijntje. Volhouden !

De nagels van een konijntje groeien altijd door zodat ze af en toe moeten geknipt worden. Dit kun je gemakkelijk zelf doen. Knip nooit in het roze gedeelte van de nagel (dit is het “ leven”) en kan pijn doen. Wij helpen u graag bij de eerste keer.
Ook de tanden van een konijn groeien door maar deze slijten meestal af door het eten van wortels of het knagen aan een dikke tak wilg ( treurwild, knotwilg, …)
Worden de tanden te lang dan krijgen ze problemen met het eten. Controleer regelmatig de tanden en knip ze of laat ze knippen. De oplossing hiervoor is een knaagsteen.

De vacht van een langharig konijntje moet regelmatig geborsteld worden anders gaat ze klitten en komen er knopen in.

Konijntjes spelen graag, geef ze daarom een speelbal met hooi en heel veel aandacht. Het zijn gezelschapsdieren. Aai je konijntje, praat ermee en je zult merken dat ze op de ene of de andere manier contact met je zoeken.
Vanaf een leeftijd van ongeveer 12 weken kan een konijn zich voortplanten. Het is echter beter om te wachten tot de voedsters een leeftijd van 6 tot 7 maanden bereikt hebben, aangezien ze anders achterblijven in groei en ontwikkeling. Fok ook niet met te oude voedsters, aangezien het bekken meestal niet meer zo flexibel is en dit tot geboorteproblemen kan leiden. Wanneer u de voedster wilt laten dekken, plaatst u haar bij de ram in het hok. Wanneer de voedster gewillig is, zal de dekking zeer snel plaats vinden. De dieren besnuffelen mekaar ter kennismaking. Een gewillige voedster zal zichzelf laag tegen de grond drukken en haar achterhand naar boven kantelen. De ram bespringt de voedster en valt na de dekking met een knorrend geluid achter of zijdelings van de voedster.
Plaats nooit de ram bij de voedster! In haar eigen omgeving zal de voedster dikwijls zeer agressief gedrag vertonen.
De dracht bij konijnen duurt circa 31 dagen. Wanneer u uw dieren laat dekken op donderdag, zullen de voedsters in het weekend werpen, zodat u dit gemakkelijk kan inplannen. Rantsoenveranderingen tijdens de dracht zijn niet aan te raden en extra's verstrekken zoals melk is uit den boze. Het omwoelen van de bodembedekking enkele dagen na dekking wijst meestal op bevruchting. Na 3 weken dracht kan men het hok best niet meer verschonen. Let erop dat er voldoende vers stro in het hok aanwezig is. Enkele dagen, soms slechts enkele uren voor de geboorte, begint de voedster in de droogste hoek van het hok stro te verzamelen en plukt haar uit de borst- en buikstreek, waarmee ze het nest aankleedt.
Bij de meeste rassen worden de jonge konijntjes zonder problemen geboren. De voedster bijt de navelstreng over, likt de jongen proper en eet de nageboorte op. Bij jonge, onervaren voedsters durven er al eens jongen beschadigd zijn door het enthousiaste gelik van de moeder. Dit is niet te verwarren met kannibalisme en meer uitleg hierover vindt u in het artikel in Het Vlaams Neerhof 2009 - 3. Controleer pas na de geboorte het nest om resten van de nageboorte en dode jongen te verwijderen. Neem hiervoor steeds eerst de voedster uit het hok.

Jonge konijnen

Jonge konijntjes worden kaal, blind en hulpeloos geboren. De voedster zal één keer per dag de jongen zogen. Wees dus niet ongerust als de voedster haar jongen in de steek lijkt te laten. Na ongeveer 5 dagen vormen zich de eerste nestharen en tussen de tiende en twaalfde dag gaan de oogjes open. Op een leeftijd van 3 weken zullen de jongen het nest verlaten en stilaan vast voeder beginnen opnemen. Let bij deze omschakeling van moedermelk naar vast voeder goed op voor diarree. Bij een niet-intensieve kweekmethode, dus wanneer men de voedster pas terug laat dekken enkele weken nadat de jongen gespeend zijn, is extra bijvoederen van de fokvoedster niet noodzakelijk.
Op een leeftijd van 7 à 8 weken kunnen de jongen gespeend worden. Als vuistregel hierbij geldt dat men het hok het laatste week best niet verschoont en steeds de voedster in een ander hok onderbrengt en de jongen laat zitten. Op die manier wordt stress bij de jongen zoveel mogelijk beperkt.
Zoals gezegd, kunnen konijnen vanaf 12 weken reeds vruchtbaar zijn, sommige al iets sneller. Splits de geslachten dus zo snel mogelijk op om ongewenste vroegtijdige zwangerschappen te voorkomen.

De gemiddelde leeftijd van een konijn is 5 a 6 jaar